Herberg
Een herberg is van oorsprong een kleinschalige en eenvoudige locatie waar reizigers kunnen eten, drinken en overnachten. Ze waren vooral te vinden op locaties waar veel reizigers bij elkaar kwamen. Omdat reizen vaak te paard ging, hadden de meeste herbergen de stallen en de mogelijkheid om van paard te wisselen. Slapen gebeurde vaak in slaapzalen en niet in privévertrekken. De herbergen waren vaak de enige openbare gelegenheden in een stadje of dorp. Het waren hierdoor ook de plaatsen waar rechtszittingen werden gehouden en het dorpsbestuur bij elkaar kwam. Vanaf de 18e eeuw namen raadhuizen deze taak over.
Het woord herberg is een samenvoeging van de oud-Hollandse woorden her, wat heer of leger betekend, en berg in de betekenis van bergplaats. De eigenaar van een herberg noemt men een herbergier of waard. In het Frans is het woord afgeleid van herberg eb=n heet de gelegenheid een auberge. In Engeland spreekt men van public houses die afgekort bekend zijn als pubs. De behoefte aan een slaapplaats voor reizigers is al bekend vanuit de Griekse oudheid. Historische, maar ook hedendaagse pelgrims zoals wandelaars naar Santiago de Compostela maken gebruik van een netwerk aan herbergen om te overnachten.
Herkomst van de naam herberg
Hedendaagse herbergen
Door de toegenomen welvaart namen de gasten geen genoegen met een slaapzaal en werden er eigen slaapkamers gebouwd. Deze voorzieningen kregen de naam hotel om het onderscheid duidelijk te maken. Hedendaagse herbergen zijn vaak nog wel kleinschalige voorzieningen, maar wel voorzien van eigen slaapkamers.
De naam herberg is hierdoor veranderd als een aantrekkelijke aanduiding voor een kleinschalig en soms eenvoudig hotel met de gelegenheid om een maaltijd en drankje te nuttigen. Een herberg is vooral gevestigd in een ouder pand. De naam herberg komt wel terug bij jeugdherbergen. Hier slapende gasten vaak nog wel in slaapzalen waardoor de naam geheel toepasselijk is.